Nog langer onduidelijkheid over schadevegoeding gluurverhoging

De Raad van State heeft de uitspraak in het hoger beroep over de schadevergoeding die een huurder van de belastingdienst moest ontvangen, opnieuw uitgesteld. De Raad van State heeft meer tijd nodig voor deze juridisch complexe zaak.

De uitspraak is hopelijk voor het einde van dit jaar. De uitspraak is al enkele keren uitgesteld. De rechtbank kan dat doen als ze vinden meer tijd nodig te hebben voor een zorgvuldige afweging. 

Schadevergoeding

De bestuursrechter in Den Haag oordeelde eerder dat de Belastingdienst de schade van een huurder moet vergoeden.  In 2013, 2014 en 2015 kreeg deze huurder een extra, inkomensafhankelijke huurverhoging. Dat kon omdat de Belastingdienst de inkomensgegevens van deze huurder aan de verhuurder verstrekte. Maar in de jaren 2013, 2014 en 2015 mocht deze gegevensverstrekking wettelijk niet. Dat had de Raad van State in 2016 al vastgesteld.  Met verwijzing naar de uitspraak van de Raad van State oordeelde de Haagse bestuursrechter dat de Belastingdienst de schade moet vergoeden. 

Hoger beroep

Op 26 april 2018 bepaalde de rechter in Den Haag dat de Belastingdienst een schadevergoeding moet betalen aan een huurder die een inkomensafhankelijke huurverhoging kreeg. Tegen die uitspraak ging de Belastingdienst in beroep. Dat beroep werd op 8 april 2019 behandeld. Ook de huurder ging in hoger beroep, onder meer omdat de berekening van de schadevergoeding niet klopt. De huurder wordt in deze zaak ondersteund door het juridisch fonds van de Woonbond.

Tijdens hoger beroep geen schadevergoeding

Na het vonnis van de Haagse bestuursrechter ging de Belastingdienst  in hoger beroep bij de Raad van State. De behandeling van dit hoger beroep kan lang duren. In de tussentijd betaalt de Belastingdienst geen schadevergoeding.  Het is wel handig om als huurder die in deze periode een inkomensafhankelijke huurverhoging heeft gehad, alvast een claim naar de Belastingdienst te sturen.

Bron: woonbond.nl

Gerelateerd: