De huren stegen op 1 juli gemiddeld met 1,1%, 0,8% meer dan de inflatie over 2016. De huren in de commerciële sector gingen harder omhoog dan in de corporatiesector.
Woningcorporaties verhoogden de huren voor zittende huurders met gemiddeld 0,6%, minder dan de huurstijging van 1,0% in 2016. Huurders in de commerciële sector kregen een aanzienlijk grotere huurverhoging: 2,4%, 0,4% meer dan in 2016. De commerciële huursector omvat ruim een kwart van de totale huurwoningenvoorraad.
Jaarlijkse monitor
Dat staat in de Monitoring huurbeleid 2017, die adviesbureau Companen heeft gemaakt in opdracht van het ministerie van BZK. Companen monitort al jarenlang de huurverhoging op 1 juli.
Gluurverhoging
Corporaties zijn dit jaar terughoudend geweest met huurverhogingen bij huurders met een laag inkomen. Zij zagen de huur met gemiddeld 0,5% stijgen. De huurverhoging bij huurders met een hoog inkomen bedroeg 2,0%. Commerciële verhuurders houden minder rekening met het inkomen. Huurders met een laag inkomen kregen een huurverhoging van 2,3% en huurders met een hoog inkomen 2,7%. In de gereguleerde huurwoningenvoorraad is bij ruim driekwart (76%) van de woningen de huur verhoogd, bij 19% bleef de huur gelijk en bij 5% werd de huur verlaagd.
Huurverhoging na verhuizing
Bij 77% van de bewonerswisselingen werd de huur voor de nieuwe huurder verhoogd en bij bijna een kwart van de vrijkomende huizen werd de huur juist verlaagd. Volgens Companen heeft waarschijnlijk de eis aan corporaties om woningen passend toe te wijzen aan huishoudens die recht hebben op huurtoeslag, een grote rol gespeeld.
Gemiddeld 72% van het maximum
Gemiddeld lag de feitelijke huur op 72% van de maximaal toegestane huur (op basis van het woningwaarderingsstelsel). De ruimte tussen de feitelijke en de maximale huur verschilt echter aanzienlijk per type verhuurder. Corporaties vragen gemiddeld 71% van het maximum en commerciële verhuurders 85%.
Bron: woonbond.nl